Het natuurgebied Baolloërveld staat bekend om zijn weidse heidevelden, stuifzandvlaktes en historische sporen, nagelaten door de voormalige bewoners. De karresporen, de Celtic Fields (omwallen akkers van 40 bij 40 meter in de Middeleeuwen), de grafheuvels en de urnvelden zijn vandaag de dag nog zichtbaar. Het Baolloërveld maakte vroeger deel uit van de esdorpencultuur. De es was een verhoogd plateau van zandgrond waar akkers oplagen.
Tegenwoordig maakt het natuurgebied deel uit van het Nationaal Beek- en Esdorpenlandschap Drentsche Aa. Bijzondere dieren en planten worden in het Baolloërveld goed vertegenwoordigd. In het gebied zijn er grote aantallen vlinders, verschillende soorten vogels en 200 plantensoorten aanwezig. De heidevelden worden doorgaans begraasd door een grote kudde Drentse heideschapen.
Na de drie grote ijstijden ontwikkelden zich op het Drentse landschap uitgestrekte heidevelden en zandvlaktes. De beken stroomden door het gebied en vormden reliëfjes van stroomdalen. De combinatie van de vruchtbare beekdalen, heidevelden en schrale zandruggen maakten het gebied voor de mens de ideale plek om zich er te settelen en te leven van de landbouw.
Het Baolloërveld ligt op een hoger gelegen plateau tussen de stroomdalen van het Lonnerdiep en het Rolderdiep. De grenzen van deze stroomdalen zijn rijkelijk begroeid met gras en via de bodemlaag stroomt het grondwater naar de beekdalen. De mensen van toen bouwden hun boerderijen tussen de grenzen van de stroomdalen en het plateau waar de es lag. De bevolkingsdichtheid werd groter en de dorpen met een es werden groter. Tegenwoordig staan deze dorpen bekend als de typische Drentse esdorpen.
Als onderdeel van het Nationaal Beek- en Esdorpenlandschap Drentsche Aa moet de natuur in het natuurgebied Baolloërveld zich verder ontwikkelen en integreren met de omgeving. Onder de beschermingswet van het nationaal park kunnen de historische en archeologische waarden van het gebied intact blijven. Af en toe zal de beheerder en eigenaar Staatsbosbeheer de natuur hier en daar een handje helpen en de grafheuvels, de urnvelden en het hunebed vrijhouden van wildgroei als bomen en struiken.