Met ‘Plan Lobelia steekt Natuurmonumenten al jaren de handen uit de mouwen. Belangrijkste streven: de ongerepte natte heide, die hier voor 1940 lag, terugkrijgen.
Onze boswachters vormen eentonige bossen en landbouwgronden om tot een gevarieerder en natuurlijker landschap met heide en vennen. Tussen het gras en de bomen keren de heidestruiken terug, waar het landgoed bekend om was. Van de landbouwgrond rond het Leikeven is de bovenste voedselrijke laag afgegraven.
Het ven is schoon- en slibvrij gemaakt. Door beide ingrepen is de waterkwaliteit sterk verbeterd. De waterlobelia, die hier ooit uitbundig bloeide, is weer teruggekeerd. Heikikker en vinpootsalamander scharrelen weer in het water. In de voedselarme zandgrond ontkiemen de zeldzame klokjesgentiaan en zonnedauw.
In het gebied treft u Schotse hooglanders aan. Deze grote grazers zorgen voor een betere bodemstructuur en variatie in de begroeiing.
Op open plekken groeien kruiden en struiken. In de bossen laat Natuurmonumenten oude bomen staan en dode bomen mogen blijven liggen. Dat is niet voor niets. Dood hout trekt insecten aan en die zijn weer een lekker hapje voor allerlei vogels, waaronder de grote bonte, de groene en de zwarte specht.
Landgoed Huis ter Heide in oude glorie herstellen kan Natuurmonumenten niet alleen. Fuji sponsort verbetering van de waterhuishouding en financiert nieuwe wandelmogelijkheden in het natuurgebied. Ook uw bijdrage is meer dan welkom. Een nieuwe ambitie dient zich immers aan. Met plan Woudspoor gaan we Huis ter Heide verbinden met de Loonse en Drunense Duinen. Daarmee wordt dit landgoed deel van een van de belangrijkste, grootste en mooiste natuurgebieden in Noord-Brabant.