Revierreservaat Groesplaat (Het Gors) heeft zich onder invloed van de rivierdynamiek ontwikkeld tot een afwisselend landschap. De halfopen uiterwaard kenmerkt zich door een geul met moerasvegetatie, natte graslanden langs de oevers en op hoger gelegen gebieden een wilgenbos.
Voor de vorming van de Groesplaat (Het Gors) gaan we terug naar de aanleg van de Nieuwe Merwede. Vroeger had men langs de rivieren veel overlast van overstromingen. In 1850 hebben twee waterstaatingenieurs een plan gemaakt om deze overlast te verhelpen. De Nieuwe Merwede werd tussen 1861 en 1874 uitgegraven, om het overtollige water van de Boven Merwede (Waal) sneller af te kunnen voeren.
De rivieren werden ook voorzien van uiterwaarden. Dit is het gebied tussen een zomerdijk, aan de rivieroever met daarachter een overloopgebied, en een hogere winterdijk, om de wateroverlast op te vangen en verdere overstromingen tegen te gaan. Tussen de winterdijken en zomerdijken vormden zich natte graslanden waar de natuur vrij spel kreeg.
De aanleg van de uiterwaarden hebben op sommige plekken, zoals op Groesplaat (Het Gors), natuurgebieden opgeleverd. Hoog water in de winter en laag water in zomer zorgt voor dynamiek in het landschap.
In 1999 is rivierreservaat Groesplaat (Het Gors) voltooid. Het valt nu onder beheer van Brabants Landschap. Brabants Landschap helpt de natuur een handje door bijvoorbeeld de geul verder af te graven. Het schone water stimuleert vissen om hier te paaien en vogels om te foerageren. De grazende Gallowaypaarden en Schotse Hooglanders helpen ook mee aan de variatie in de vegetatie.
De maatregelen van Brabants Landschap werpen nu al hun vruchten af. Het revierreservaat heeft zich ontwikkeld tot een indrukwekkend natuurgebied met afwisselende landschappen en belangrijke natuurwaarden. De Gallowaypaarden en Schotse Hooglanders maken de het beeld on-Hollands. En geven het gebied een echt reservaat-gevoel.